Facebook

Facebook en arbeidsovereenkomst

Een werknemer is begin januari 2012 in dienst getreden bij een werkgever. Halverwege januari 2012 vraagt de werknemer om een voorschot op zijn salaris. De werkgever stelt, dat het algemene beleid is, dat er geen voorschotten worden verstrekt aan het personeel. De werknemer gedraagt zich na dat gesprek nogal agressief, dat andere werknemers dat als dreigend ervaren. Op Facebook heeft de werknemer zich negatief over het bedrijf uitgelaten.
De werkgever waarschuwt de werknemer en stelt, dat dergelijk gedrag niet wordt geaccepteerd.

Begin februari 2012 zet de werknemer opnieuw een negatief bericht op Facebook.

De werkgever voert een gesprek met de werknemer en confronteert hem met die negatieve uitlating. De werknemer erkent, dat hij het negatieve bericht zelf op Facebook/internet heeft gezet, maar beroept zich op zijn vrijheid van meningsuiting. Voorts stelt de werknemer, dat hij volledig achter die uitlating staat.

De werkgever accepteert dit niet en schorst de werknemer met onmiddellijke ingang met behoud van salaris. Er worden maatregelen aangekondigd, die moeten leiden tot beëindiging van het dienstverband.

De kantonrechter heeft op 19 maart 2012 de arbeidsovereenkomst ontbonden zonder vergoeding:
1. er is sprake van grove belediging door de werknemer;
2. de vrijheid van meningsuiting wordt begrensd door de beginselen van zorgvuldigheid, die de werknemer tegenover de werkgever in acht moet nemen. Dit leidt tot de conclusie, dat het bericht niet geplaatst had mogen worden;
3. de werknemer heeft zich niet als een goed handeld werknemer gedragen;
4. er was geen enkele basis voor die uitlatingen;
5. Facebook is geen privé domein van de werknemer. De werknemer ziet over het hoofd, dat anderen naast de “vrienden” van die uitlating kennis kunnen nemen.

De rechter oordeelt, dat er geen vergoeding moet worden toegekend, omdat de handelwijze van de werknemer aangemerkt moet worden als een dringende reden.